Vijf weken lang kijkt PokerCity’s voormalige boegbeeld nog één keer naar de huidige staat van het Nederlandse poker. Aan de orde komen persoonlijke zaken over een nieuw leven als recreatief pokerspeler (is dat eigenlijk wel leuk?), maar ook wat er door de jaren heen is veranderd voor professionele spelers – of waar spelers zelf misschien steken hebben laten vallen. Vandaag de vijfde en echt aller, allerlaatste column op PokerCity van de hand van Rolf Slotboom, over afscheid nemen met een prijs.
Afscheid met een prijs
Het pokerleven van een voormalig prof is minder leuk als je aanvoelt niet meer top te zijn. Je opponenten vrezen je minder dan voorheen. Dit wordt versterkt doordat je veel minder volume draait dan vroeger, waardoor opponenten verder versterkt worden in hun gedachte ‘ik zie hem nooit meer winnen, dus het zal allemaal wel niet veel meer voorstellen’. Waar richting frequente spelers de bias vaak erin zit dat je kennelijk wel heel goed moet zijn (want: vaak op het podium met een beker – maar dat zegt niet veel of je ook echt een winnende speler bent!) wordt deze bias nu in andere richting versterkt: omdat je nog slechts zeer zelden aanschuift aan tafel, kan het zeker voor de genoemde frequente spelers lijken alsof je nog veel verder bent weggezakt dan in werkelijkheid is gebeurd. Waardoor je aan tafel mogelijk minder respect krijgt van je opponenten, jouw eigen zelfvertrouwen hierdoor minder wordt, en daardoor de kans op een goed resultaat significant vermindert. Een zichzelf versterkend effect, dus!
Dat maakt het ook des te leuker om nog af en toe nog iets te winnen in toernooitjes waar veel ogen op zijn gericht. En dit zijn dan ook de enige toernooitjes die ik tegenwoordig nog wel eens speel: toernooitjes die onderdeel zijn van Series events met enig aanzien. En dan alleen de events die niet te lang duren (want: geen tijd) en die ook niet te duur zijn. (Want: dat trekt betere spelers dan ik, en achterliggen in een toernooi met een hoge buy-in dat kan mijn oude profmentaliteit niet aan. Of, anders gezegd: daar ben ik te gierig voor.) ? Overigens best een vreemde keuze/gameselectie als je kijkt vanuit de EV+ visie waar ik vroeger altijd zo strikt aan vasthield. Want softe cashgames waar ik nog goed kan winnen speel ik niet meer, en toernooien met lage buy-ins waar ik nog steeds top van het veld zou zijn al evenmin – maar toernooitjes waar ik nog maar nauwelijks de middelmaat ontstijg dus wel.
Mijn drijfveer lijkt vooral: af en toe nog eens met een beker willen staan! En gelukkig lukt mij dit ook nog wel.
Ineens een bord!
Zo was ik al ruim in mijn pokerpensioen toen ik mijn eerste Master Classics bordje won! Dat was in 2014, een toernooi waar ik aan de finaletafel ook echt nog wel sterk had gespeeld. (Oordeelt u zelf mee: hier is het verslag.) Maar de eerlijkheid gebood mij te zeggen dat ik in de beginfase van dat toernooi wel ongekend veel geluk had gehad, en niet was gestraft voor enkele suboptimale beslissingen. Dat was echt één van mijn gedachten toen ik met het bordje stond: Vroeger moest ik vooral geen pech hebben om een goede kans te hebben om een toernooi te winnen. Tegenwoordig heb ik één, misschien zelfs wel twee of drie keer geluk nodig om überhaupt een finaletafel te halen!
Ik voelde toen goed het verschil tussen top en niet-meer-top, zoals ook beschreven in de eerder genoemde column. Maar het weerhield mij er niet van om te shinen, en te genieten van de beloning waar ik eerder in mijn carrière veel meer recht op had.
Het tweede bordje! Of nee, toch niet
Ik zag deze Master Classics overwinning als mijn laatste kunstje. Hoe verrast was ik dan ook dat ik twee jaar later weer op de MCOP dit (bijna) herhaalde! (Hoe het net mis ging, leest u hier.)
Ditmaal was ik ook wel sterk, in een variant waar ik ook in mijn pokerpensioen nog wel één van de allerbeste spelers in het veld was: 5-card 8-max PLO. Op meerdere momenten was het tweede bordje heel dichtbij! Maar dichtbij telt niet in de sport, en met zilver moest ik genoegen nemen. Toch voelde deze tweede plek als een bevestiging: hey, voor iemand die al jarenlang nog maar zelden speelt, hoef ik toch nog niet helemáál te worden afgeschreven.
In eigenlijk alle toernooien die ik hierna nog speelde, vond ik mijzelf steeds middelmatiger worden, steeds minder gretig ook. Mogelijk mede door mijn nieuwe gezinsleven en drukke werk, het voelde simpelweg alsof poker steeds minder paste in mijn leven. Ik ben niet meer zo hard als vroeger, niet meer zo competitief, en ook niet meer zo op geld belust. ‘Wat doe je dan nog in een casino?’ was de vraag die mij regelmatig bezig hield.
Afscheid met een prijs
Een paar weken geleden was daar ineens mijn laatste stuiptrekking. Het enige toernooitje dat ik in heel 2019 heb gespeeld – ik won hem. Voelde echt ouderwets! In HC Utrecht, waar ik al vaker Series toernooitjes won, en ditmaal ook nog eens op mooie en actieve wijze. Ook nu was het weer een PLO toernooi, en ook ditmaal eigenlijk met helemaal niet zo veel geluk. Om vijf minuten voor sluitingstijd in een lege zaal dit toch weer voor elkaar te boksen, het gaf oprecht een geweldig gevoel.
Het rare is dat de bedragen zoveel lager zijn dan vroeger als ik iets won. En toch: winnen als je denkt dat het allemaal al voorbij is, is echt véél lekkerder dan winnen als je carrière (nog niet) op het hoogtepunt zit.
Dat gezegd hebbende, is het met de pokertoernooitjes nu echt wel klaar. En ja, ook met het schrijven over poker. ? Ik neem afscheid (ja, nu echt!) met een prijs. En hoe weinig dit ook zegt over mijn al dan niet nog resterende pokerkwaliteiten – het lelijkste trofeetje dat ik ooit ontving (zie onderstaande foto) heeft een eervolle plek gekregen.
Gegroet, allen!
Het verband tussen respect van anderen en zelfvertrouwen ontgaat mij. Maar verder weer leuk leesvoer, het ga je goed ?
Jammer dat je stopt…. maar het poker krijg je niet zomaar uit je bloed. Dus over een jaar of wat zullen we je vast in het HC tegen komen terwijl je je kids laat zien wat papa vroeger voor werk deed.
Take care!!
Dank, Klaasvaak! Respect van anderen bedoel ik mee: dat ze respect hebben voor jouw spel. Wat betekent dat? Dat ze je bij twijfelgevallen uit de weg zullen gaan, en jou niet zullen opzoeken vanuit de gedachte dat ze je kunnen outplayen. Zeker in toernooien is dit heel belangrijk voor jouw edge, voor de mogelijkheid uncontested potjes binnen te halen.
@Paco: Ja haha, dat sluit ik niet uit! En dan zeggen ze vast: Pfffff, saai. 🙂